zondag 26 januari 2014

Blokje Gouds: mannen met baarden

Hoe een lang verhaal kort te houden? Wel, met erg veel moeite.
Soms is de geschiedenis te boeiend om in te korten, maar ik ga jullie niet vervelen.

Als ik jullie vraag "Wie is de beroemdste Gouwenaar?"  Een aantal zal dan mompelen "Erasmus", van de tijd dat ie nog geen artiestennaam had.
Ik ga het zeker nog eens over Erasmus hebben, maar hij kan in zijn eentje geen mannen met baarden zijn, toch?

De mannen met baarden, dat zijn nog eens de grote onbekende Gouwenaars, de gebroeders De Houtman.
Cornelis (1565-1599) en Frederik (1571-1627), inboorlingen van Gouda.

Hun vader was bierbrouwer, tevens een belangrijk man in Gouda, een beetje de Heineken van zijn tijd?
Zijn twee jongens hadden wel zin in wat leven in de brouwerij, maar dan niet met bier.
Avontuur en ambitie, varen naar het verre Insulinde. Zoeken naar de handelsroute en geld verdienen.

In hun tijd waren er diverse handelsondernemingen, maar zij werden de grondleggers van de Vereenigde Oostindische Compagnie.
De eerste reis in  1595 werd geen succes. Het was gemor, scheurbuik en moord.
In 1598 werd een nieuwe reis gemaakt, de vraag naar specerijen werd steeds groter.

Die tweede reis werd tevens de laatste voor Cornelis. Gesteggel over een gepeperde rekening, en een misselijke actie van een aantal lokale mensen kostte hem het leven.
Een dag voor vertrek kwam er eten aan boord. Het verhaal gaat dat in het voedsel een verdovend middel zat.
Er kwamen soldaten aan boord, Cornelis en een aantal anderen werden gedood.
Frederik werd gevangen genomen.

Er volgen acties van dreigementen, smokkel van briefjes, hoop op vrijkoping.
Frederik bleef echter ruim 2 jaar in het gevang. Wat doe je als gevangene? Je gaat studeren.
De noeste brouwerszoon schreef het eerste Nederlands-Maleise woordenboek. Noteerde wijsheden over sterren die "atlasmeneer" Blaeu in kaart bracht.

In het jaar 1603 vertrok Frederik opnieuw naar Oostindië, nu echter om Spanjaarden en Portugezen te pesten.
Dat is hem redelijk goed afgegaan want hij werd uiteindelijk gouverneur van Amboina (Molukken).

Zijn laatste baan, lid van het vroedschap in Alkmaar. Hij begon zijn leven in de ene kaasstad en het eindigde in een andere kaasstad. Maar zijn reis was er één met een hele lange omweg, tot aan Australië toe.

Bekende Gouwenaars waren ze. We hebben een Houtmansgracht, een Houtmansplantsoen en in dat laatste staat een monument.

Het monument voor de grondleggers van het verbond van Nederland met Insulinde.
Geschonken door het dankbare nageslacht.
Of ze daar, ver weg, hen ook zo dankbaar waren? Ik betwijfel het.





Geen opmerkingen:

Een reactie posten